Renaissance architectuur


Terugkeer tot het klassiek-Romeinse bouwen. Naarmate de stedelijke burgerijen door handel en verkeer zich grotere financiële onafhankelijkheid verwierven en men -  door bestudering van de geschriften en de wijsheid van Grieken en Romeinen - persoonlijker en zelfstandiger standpunt durfde innemen tegenover de kerkelijke leer en het kerkelijk gezag, kwam ook de bouwkunst vrijer te staan tegenover de kerkelijke bouwtraditie. In Italië had deze verandering reeds vrij vroeg plaatsgevonden; in het begin van de 15e eeuw.

Florence is de stad van deze 'wedergeboorte'. De Romeinse Italianen hebben de gotiek nooit van harte gevolgd of bewonderd: hun geest was teveel Romeins, en dit verhaastte de terugkeer tot de bouwwijze van hun voorvaders, die hen meer 'in de hand' lag.

Filippo Brunelleschi (Florence, 1377 – aldaar, 15 april 1446) was de eerste bouwmeester, die openlijk de gotiek vaarwel zei. Hij ontwierp (in 1420) de afbouw, met een koepel, van de Kathedraal van Florence (1296-1472): het eerste renaissancebouwwerk werd een feit.

Machtige patriciërsgeslachten - Medici, Pitti, Borgia, d'Este, Malatesta en andere - waarvan de leden zowel wereldlijke als kerkelijke heersers waren bouwden hun paleizen en openbare gebouwen niet meer in gotische stijl, evenmin als de prachtlievende kerkvorsten dat deden bij de bouw van bedehuizen en andere kerkelijke gebouwen.

De machtige en welvarende Italiaanse steden - Florence, Rome en Venetië de voornaamste onder hen - brachten aan Europa een hernieuwd klassiek bouwen, dat zich tot het einde van de 19e eeuw - zij het onder andere benamingen - zou handhaven. 

De renaissance in Italië wordt verdeeld in:

  • Vroegrenaissance / Quatrocento (ca. 1400-1500);
  • Hoogrenaissance (ca. 1500-1525);
  • Laatrenaissance / Manierisme (ca. 1520-1600) en omvat:
    • Florentijnse school;
    • Romeinse school;
    • Venetiaanse school.
  • Van renaissance tot barok.

Enige van de voornaamste bouwmeesters waren:

  • Filippo Brunelleschi (1377-1446)
    • Koepel van de Kathedraal van Florence (1420-1461);
  • Leon Battista Alberti (1404-1472)
    • Façade van de Santa Maria Novella. San Francesco-kerk (Tempio Malatestiano) in Rimini.
    • Sant'Andrea in Mantua.
  • Benedetto da Majano (1442-1497)
    • preekstoel in de Santa Croce te Florence.
  • Pietro Lombardo (1435-1515) 
  • Donato Bramante (1444-1514)
    • Santa Maria delle Grazie Milaan, 1492–1498
    • Tempietto Rome, 1502
    • Santa Maria della Pace Rome, 1504
    • Sint-Pieterskerk Rome, 1503-1506.
  • Jacopo Sansovino (1486-1570)
    • Biblioteca Marciana, de Bibliotheek van San Marco
  • Andrea Palladio (1508-1580)
    • 1577: Chiesa del Redentore, Venetië
    • 1558: San Pietro di Castello, Venetië
    • 1558: Cattedrale di Vicenza, Vicenza

Vignola schreef een leerboek over bouwkunst.

  • Renaissance in Italië

De Florentijnse school

Grondlegger van deze school was Filippo Brunelleschi (1377-1446), bouwmeester, goudsmid en beeldhouwer. Hij bestudeerde grondig het Romeinse kunstwerk. Zijn eerste werk was de Koepel van de Kathedraal van Florence (1420-1461).

De Venetiaanse school

In de 11e eeuw werd o.m. de basiliek di San Marco (1060), aan het San Marcoplein, in Venetië gebouwd alsmede het Dogepaleis dat naast de San Marco ligt.

Venetië haar grootste bloei viel in de tijd van de Gotiek, die langer stand hield dan elders op Italiaanse bodem en hier een bijzondere bekoring heeft, doordat ze beïnvloed werd door de kunst van het Oosten. Eerst eind 15e eeuw werd de renaissance voor Venetië van betekenis.

Jacopo Sansovino (1486-1570) bouwde ten tijde van de hoogrenaissance de Biblioteca Marciana, de Bibliotheek van San Marco in Venetië, die een eeuw lang toonaangevend bleef voor heel Europa.

De Romeinse school

Voor Rome betekent de renaissance meer een gewijzigde vorm van bouwtraditie, dan dat ze schuldbewust zich afwenden van de gotiek zou zijn, zoals in Noord-Italië het geval was.

De renaissance kan in Rome gerekend worden begonnen te zijn met de komst van de 60-jarige bouwmeester Donato Bramante (1500). Zijn eerste werk in deze stad was de bouw van het Cancellaria (Paleis van Justitie) voor kardinaal Riario. Donato Bramante stierf in 1514, nadat hij nog de plannen had gemaakt voor de nieuwe Sint-Pietersbasiliek in Rome, welke de oude basiliek zou vervangen.

In de 2e helft van de 16e eeuw, toen o.m. bouwmeester Palladio bekendheid kreeg, bereikte de renaissance met haar hoogtepunt tevens het sluitstuk van de renaissance.

Andrea Palladio bouwde de galerij rondom de basiliek van Vicenza (Basilica Palladiana Vicenza).

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Het kerkgebouw van de renaissance heeft in Italië, het land dat de 'Stoel van Petrus' herbergt, een eigen geschiedenis. De pracht en de praal van de renaissance-kerkgebouwen schijnen weinig te passen bij de eenvoud van het christendom. Toch verdient de Italiaanse bedrijvigheid op het gebied van de kerkbouw alleszins de aandacht.

Romaans en gotiek hebben hun grootste bloei in andere landen dan in Italië gekend. Wat hier in de oudchristelijke tijd was gebouwd, was blijkbaar voldoende geweest - mede daar-door bleven de genoemde stijlen min of meer ongebruikt. Eerst omstreeks het midden van de 15e eeuw kwam de kerkbouw weer in het middelpunt van de belangstelling te staan.

De hoofdzaken van het oudchristelijke, het romaanse en het gotische grondplan bleven lang gehandhaafd. Nadat echter Filippo Brunelleschi zijn koepel voor de Dom van Florence had voltooid, begon men meer en meer de centraalbouw te zien als aangewezen grondplan bij kerkbouw. De Latijnse kruisvorm (schets A) werd vervangen door centraal-bouw met de Griekse kruisvorm (schets B).

Waar de axiale plattegrond gehandhaafd bleef bouwde men toch een koepel op de viering (waar bij de gotische kerkbouw de dakruiter staat). De oudchristelijke bouwwijze: de toren los van de kerk, werd met tegenzin prijsgegeven: zodoende kwamen toren en koepel tezamen te staan hetgeen leidde tot onevenwichtigheid in de architectuur - de Sint-Laurensbasiliek (Basilica di San Lorenzo) en de Santo Spirito (Basilica Santa Maria del Santo Spirito) te Florence. Later ontwikkelde zich de koepel met vier hoektorens.

Belangrijke kerkgebouwen van de renaissance in Italië zijn:

  • Tempietto van San Pietro in Montorio, Rome (1502) - Donato Bramante;
  • Santa Maria della Consolazione in Todi (Chiesa of Tempio di Santa Maria della Conso-lazione (1508-1607) - Donato Bramante;
  • Basilica Santa Maria Assunta di Carignano (1552) - Galeazzo Alessi.

Het hoogtepunt van dit architectuurtijdperk is de Sint Pietersbasiliek (Italiaans: Basilica di San Pietro) in Rome, met een zeer langdurige bouwgeschiedenis:

  • 1450 - Opdracht van Paus Nicolaas V aan Bernardo Rossellino en Leon Battista Alberti.
  • 1503 - Paus Julius II laat de oude Sint Pieter slopen. Opdracht aan Donato Bramante.
  • 1506 - Eerste steenlegging van deze centraalbouw.
  • 1514 - Dood van Donato Bramante. Giuliano da Sangallo is de opvolger. 
  • 1516 - Dood van Giuliano da Sangallo.
    • Opdracht aan schilder Rafael, die een nieuw plan maakte (axiaal).
  • 1517 - Maarten Luther ontketent de Reformatie.
  • 1520 - Dood van Rafael. Peruzzo bouwt voort in Donato Bramates geest.
  • 1527 - Stopzetting van het werk.
  • Voortzetting door Antonio da Sangallo.
  • 1546 - Dood van Antonio da Sangallo. 
    • Algemeen verzoek aan Michelangelo Buonarroti de bouw pro Deo te voltrooien. Hij ontwierp de nieuwe koepel met tamboer.
  • 1564 - Dood van Michelangelo Buonarroti. Tamboer voltooid.
    • Santissimo Nome di Gesù bouwt de kleine koepels en Giacomo della Porta voltooit de middenkoepel. (van Michelangelo Buonarroti).
  • 1606 - Carlo Maderno verlengt de hoofdas en bouwt de voorhal.
  • 1626 - Wijding door Paus Urbanus VIII.
  • 1667 - Voltooiing met colonnade, voorplein en trappen door Gian Lorenzo Bernini.

217 jaren duurde de bouw van dit hoofdwerk van de kerkelijke architectuur, dat een oppervlakte beslaat van 15.000 m2, een lengte heeft van 210 m en waarvan de koepel tot 132,5 m hoogte reikt.

De Sint Pietersbasiliek in Rome is een luisterrijk monument van het pauselijk gezag in de 16e eeuw en de bouw vond allerwege navolging (Basiliek van de H.H. Agatha en Barbara Oudenbosch). 

Gedurende de laatrenaissance komt een tegenbeweging op, die weer teruggaat naar het basilicale grondplan.

Belangrijke voorbeelden van deze bouwwijze zijn:

  • Chiesa del Gesù (Santissimo Nome di Gesù) te Rome (1568-1584) van Santissimo Nome di Gesù en Giacomo della Porta.
  • Sant'Alessandro in Zebedia (Milaan) (1601-....) van Andrea Palladio.
  • Kerk van San Giorgio Maggiore (1566-1791) van Andrea Palladio.
  • Il Redentore (Chiesa del Santissimo Redentore) in Venetië (1575-1592) van Andrea Palladio.

Bij deze bouwwerken met hun oudchristelijke hoofdvorm is de voorgevel het zwakke punt, omdat de kolomstelling over de volle breedte van het langhuis niet door één hoogtemaat wordt gedekt. 

De barok zou zich verder op deze zaken bezinnen, daarbij de weg volgen die door Michelangelo Buonarroti - die aan te merken is als de eerste bouwmeester van de barok - was gewezen.

Basilica di Santa Maria Assunta di Carignano te Genua (1522). (schets 233)

Bouwmeester was Galeazzo Alessi, een leerling van Michelangelo Buonarroti. Het ver-langen naar torenbouw heeft hier geleid tot vier hoektorens, die wel enige afbreuk doen aan de werking van de rijzige middenkoepel. (zie schets 233)

Renaissance in Frankrijk

Het begin van de renaissance in Frankrijk valt tegen het einde van de 16e eeuw, toen Karel VIII (Charles VIII) en Lodewijk XII (Louis XII) met staatkundige bedoelingen tochten naar Italië deden, nadat Lodewijk XI (Louis XI) de macht van het koningschap in Frankrijk had vergroot ten koste van de feodale hertogen, markiezen en baronnen.

De ma cht van de kerk verminderde; de gotiek was geworden tot grillige vormkunst en zo kon aan het begin van de 16e eeuw in Frankrijk een vernietiging zich baan breken. De Franse koningen wisten uit de krijgshaftige landadel (noblesse d'epée) een meer van hen afhankelijke hofadel te vormen, en het centraliserend koninklijk gezag steeds meer te ontwikkelen in de richting van het absolutisme.

Eerste periode: 1498-1515 - Stijl Lodewijk XII

  • Overgangstijd, waarin de gotische hoofdvormen herkenbaar bleven, maar details en interieur onder Italiaanse invloed verandering ondergingen.

Tweede periode: 1515-1540 - Stijl Frans I

  • De Franse renaissance ontplooide zich verder, waaronder:
    • Het koor van de Kerk van Saint-Pierre te Caen; 
    • Église Saint-Étienne-du-Mont te Parijs;
    • Église Saint-Nicolas-des-Champs te Parijs.

Derde periode: 1540-1559 - Stijl Hendrik II

De regelmatige, symmetrische, klassieke richting krijgt meer aandacht.

Drie belangrijke bouwmeesters hebben de leiding:

  • Philibert de l'Orme - (1514-1570)
  • Pierre Lescot           - (1510-1575)
  • Jean Bullant             - (1515-1578)

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De kerkbouw uit deze tijd is arm en sober, eerst later in de 17e en 18e eeuw - met de barokstijl - komt kerkbouw meer in de belangstelling.

Het koor van de Kerk van Saint-Pierre te Caen (1521-1526)

Bouwmeester: Hector Sohier (16e eeuw). Een merkwaardig bouwwerk is deze kerk. Haar gotische aanleg en opbouw zijn overduidelijk, doch de spitsboog werd door de rondboog vervangen en hoewel verdere elementen van de gotische kerkbouw gehandhaafd bleven, werden deze in een zo geheel ander vormkleed gestoken, dat men haast zou denken, dat de renaissance in Caen zich revolutionair voltrok. 't Meest juist zal wel zijn, dat de bouwmeester vurig in de onfeilbaarheid van de nieuwe vorm geloofde. (zie schets 241)

Renaissance in Duitsland

Schilders en sierkunstenaars, zoals Dürer, Burckmaier en Holbein Jr., waren de baan-brekers voor een renaissance-bouwkunst in Duitsland. Een bepaalde aanleg en een gevestigde traditie voor het klassiek bouwen waren - in tegenstelling met Italië en Frank-rijk - niet aanwezig. Dit is duidelijk aan alle Duitse renaissance-bouwwerken te zien. Wel paste men klassieke bouwdelen toe en werden versieringsmotieven uit Italië en Frankrijk grondig bestudeerd, maar uitgangspunt bleef de bouwtraditie van eigen bodem.

De burgerij kwam tot groter welvaart en allerwege werd gebouwd. Toen in 1618 de 30-jarige oorlog uitbrak, was het voor Duitsland karakteristieke stadsbeeld een belangrijke trek rijker geworden.

Dat de macht van de (grote en kleine) landvorsten toenam, bleek uit de uitbreiding van bestaande en de bouw van nieuwe burchten.

Talrijke koop-, wijn- en wapenhuizen met de weelderige versieringen verrezen, evenals romantische logeerhuizen (Gasthöfe), waarbij vakwerkbouw geheel of ten dele gehand-haafd bleef.

Daar in de tijd vele kerkgebouwen waren verrezen, zijn dergelijke bouwwerken uit de periode van de renaissance schaars. De Sint-Michaëlkerk te München (1583-1597) draagt een klassiek karakter, dat reeds enigszins barok aandoet.

  • 1500-1550: Vroegrenaissance - Klassieke vormen aan gotische constructie.
  • 1550-1600: Klassieke vrom en constructie.
  • 1600-1618: Laatrenaissance - Verfijnde versieringen en groteske vormen, slechts van korte duur, door 't uitbreken van de 30-jarige oorlog.

De meest belangrijke bouwwerken vindt men in de eerste plaats in de steden Dinkelsbühl, Rothenburg, Eschenbach in der Oberpfalz, die in hun geheel bezienswaardig zijn voor de bouwkunst in de 15e en 16e eeuw. In de 30-jarige oorlog bleven deze steden gespaard; ze zijn sindsdien niet veranderd of uitgebreid.

Renaissance in de Zuidelijke Nederlanden

De kerkelijke bouwkunst in de Zuidelijke Nederlanden bleef in de 16e eeuw vrijwel onveranderd gotisch. In Holland daarentegen, waar de reformatie dieper doorwerkte, moesten kerkgebouwen worden gebouwd zonder troon voor de hostie, zonder beelden, zonder doopkapel, zonder biechtstoelen, zelfs zonder versiering, zodat dus de enkele vergaderruimte met preekstoel overbleef. Naar deze opvatting bouwde Hendrick de Keyzer de Zuiderkerk en Westerkerk te Amsterdam als driebeukige basiliek en Hendrick Jacobsz. Staets de Noorderkerk als centraalbouw in de Griekse kruisvorm, zoals ook de Noorderkerk in Groningen.

Renaissance in Engeland

In de 16e eeuw tot ongeveer de helft van de 17e eeuw, onder koningin Elizabeth I kreeg de renaissance een kans, hoewel de laatgotische Tudorstijl zich bleef handhaven.

Bij de Engelse renaissance onderscheidt men drie tijdvakken:

  • 1560-1625: Vroegrenaissance (de tijd van Shakespeare).
  • 1625-1665: Hoogrenaissance.
  • 1655-1750: Barok.

Kon in de bouwkunst de renaissance moeilijk tot uitsluitende gelding komen, wat betreft meubel- en interieurkunst moest de gotiek voor haar het veld ruimen.

De verschillende stijlen op dit gebied zijn:

  • Elizabethaans                                      - Renaissance - (1551-1603)
  • Jacobijns                                              - Renaissance - (1603-1649)
  • Karel II                                                  - Renaissance - (1660-1690)   
  • Queen Anne                                         - Barok - (1702-1714)
  • Chippendale                                         - Barok - (1750-1779)
  • Hepplewhite en Adam and Sheraton - Barok - (1760-1820)   

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------  

Geraadpleegde bron: Blz. 218 t/m 266 - Geschiedenis der Bouwkunst 1963, H. Sutterland


Architecten uit de renaissance zijn o.a.":

  • Filippo Brunelleschi (1377-1446)
  • Andrea Palladio (1508-1580)
  • Leon Battista Alberti (1404-1472)
  • Michelozzo (1396-1472)
  • Donato Bramante (1444-1514)
  • Giulio Romano (1499-1546)
  • Cornelis Floris de Vriendt (1513/14-1575)
  • Michelangelo Buonarroti (1475-1564)
  • Galeazzo Alessi (1512-1572)
  • Bartolomeo Ammanati (1511-1592)
  • Pierre Lescot (1510-1578)
  • Rafaël (1483-1520)
  • Antonio da Sangallo (1483-1546)
  • Giuliano da Sangallo (1445-1516)
  • Jacopo Sansovino (1486-1570)
  • Santi Gucci (1530-1600)
  • Giorgio Vasari (1511-1574)
  • Leonardo da Vinci (1452-1519)
  • Hendrick de Keyser (1565-1621)
  • Pieter de Keyser (1595-1676)
  • Hendrick Jacobsz. Staets (circa 1558/1559 - circa 1630/1631)

Bron: nl.wikipedia.org/wiki/Renaissancearchitectuur - 17-08-2021

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Zie ook


Maak jouw eigen website met JouwWeb